Na maanden van voorbereiding, vond afgelopen Paasweekeinde op het Paaspop festival de eerste Paaspop IoT (Internet-of-Things) hackathon plaats. De hackathon met 20 deelnemers werd georganiseerd door Info Support, in nauwe samenwerking met de Paaspop organisatie en Microsoft. Doel van de hackathon was de deelnemers slimme oplossingen te laten maken om met name crowd management tijdens een popfestival als Paaspop effectiever te maken. Daarnaast wisten we van tevoren dat de klimaatregeling in de Paaspop tenten complex is, waardoor ook dit een case was. Paaspop wordt gezien als de opener van het festivalseizoen. Met 75.000 bezoekers, is het één van de grote festivals in ons land.
Vorige week woensdag zijn we begonnen met het plaatsen van de IoT devices op het terrein en het aanleggen van de bekabeling hiervoor. Uitdaging was het feit dat we geen wifi hadden, waardoor alle IoT devices bedraad aangesloten moesten worden. De weken ervoor, hadden we met enkele collega’s druk gewerkt aan een tweetal sensorboxen. Beide typen hebben een Raspberry Pi 3b als kloppend hart, waarbij het ene type is uitgerust met een camera, het andere type is uitgerust met enkele sensoren als temperatuur, luchtvochtigheid, luchtdruk, geluid en trillingen. In de rest van dit artikel zullen we het eerste type camerabox noemen en het tweede type sensorbox. Van de cameraboxen zijn er 15 op strategische plekken op het terrein geplaatst, van de sensorboxen zijn er 2 op twee plekken in de main stage (Apollo) geplaatst. De cameraboxen draaien op Raspbian, de sensorboxen op Windows IoT Core. Beide boxen sturen data (geen beelden) naar een Azure IoT hub en dat was het startpunt voor de deelnemers aan de hackathon. Op de cameraboxen hebben we tevens wifi sensing gebruikt. Iedere telefoon waarop WiFi aanstaat, doet regelmatig een probe request, een soort oproep naar bekende WiFi netwerken. Deze requests kun je op een Raspberry Pi ontvangen, mits je de WiFi chip in monitoring mode zet. Standaard kan dit niet, maar als je de Pi onder Raspbian draait, is er een patch beschikbaar om dit toch te doen. Daarna hebben we Tshark gebruikt, een command line tool uit Wireshark, om adressen van telefoons te verkrijgen die probe requests doen, samen met de sterkte van het radiosignaal. De adressen worden direct op de Pi gehasht, waardoor de adressen in Azure niet te herleiden zijn. Deze vorm van pseudonimiseren is discutabel, maar omdat het een experiment betreft op een gesloten terrein waarvan de bezoeker akkoord is gegaan met het feit dat hij gevolgd kan worden, was WiFi sensing toegestaan. Belangrijkste software op de cameraboxen wordt gevormd door custom software, waarbij ook de bekende OpenCV library is gebruikt.
De deelnemers aan de hackathon, 20 studenten van diverse HBO en universitaire studies verspreid over het land, waren verrast over de locatie van de hackathon (onze hackathon tent stond bijna naast Apollo, de main stage), maar ook door het feit dat ze met échte data van het festivalterrein mochten werken. Azure kennis ontbrak bij de meeste deelnemers, waardoor de meesten best wel veel tijd kwijt raakten met het omgaan met de toch best wel flinke hoeveelheid data die de camera- en sensorboxen produceerden. In totaal hebben we tijdens de 24 uur dat de hackathon duurde een kleine 15 miljoen events ontvangen en zo’n 8 GB aan data. Daar op een slimme manier mee omgaan, bleek een uitdaging. Toch is het verrassend te zien dat een aantal teams er prima in slaagde iets met de data te doen, zonder die Azure voorkennis. Zo toonde één van de teams aan of een act in staat is het publiek te binden door puur naar de bewegingen van publiek bij de in- en uitgangen van een stage te kijken. Hierbij viel bijvoorbeeld op dat tijdens het optreden van UB40 het publiek na 20 minuten al begon weg te lopen. Volgens het team kon de band zich dan ook beter UB20 gaan noemen… Voor een festivalorganisatie, is dit soort data natuurlijk fantastisch voor toekomstige prijsonderhandelingen met een act. Het winnende team bleek het beste in staat om te gaan met de grote hoeveelheid events die van de sensorboxen afkomstig was. Zij splitsten de data direct op type box en op device. Hun toepassing zou makkelijk met het tienvoudige aan data overweg kunnen. Daarnaast gebruikten ze echt alle beschikbare data: zowel de cameradata, de wifi data als de temperatuur, luchtvochtigheid en trillingen in Apollo werden gebruikt. Tenslotte werd de data aantrekkelijk gepresenteerd op een real time kaart van het terrein waarop inzichtelijk werd hoe het publiek zich over het terrein bewoog en hoe druk het in de hoofdtenten was. Daarnaast had het team een dashboard gemaakt waarop de zweet- en dansindex per tent werd getoond. Niet alleen technisch goed, maar ook de presentatie naar de festivalbezoeker was erg leuk! Een terechte winnaar, gekozen door een deskundige jury bestaande uit niemand minder dan Chris Seijkens, festivaldirecteur, Jesse van Leth van Microsoft en Henk Brands, unit manager bij Info Support.
We kunnen spreken van een zeer geslaagde hackathon met enthousiaste deelnemers en een enthousiaste organisatie. En een evenement wat veel media-aandacht kreeg: NOS op 3, 3FM, Radio 1 en het Brabants Dagblad besteedden aandacht aan onze hackathon. De kans lijkt dan ook groot dat we dit nog eens overdoen. Bij Paaspop 2018, maar wie weet al eerder bij één van de vele andere festivals die ons land telt. Langs deze weg wil ik de organisatie van Paaspop nog een keer bedanken voor de fantastische kans die we hier hebben gehad en de overweldigend goede samenwerking!